Wat voor werk doe je?
“Sinds eind 2012 ben ik programmamanager Blankenburgverbinding bij de gemeente Vlaardingen. Ik ben het ‘single point of contact’ voor het projectteam van Rijkswaterstaat en BAAK. Nieuwe onderwerpen komen bij mij binnen en vervolgens zorg ik ervoor dat we er hier binnen de gemeente mee aan de slag gaan.”  

Wat vind je mooi aan het project Blankenburgverbinding?
“Vlaardingen is geen voorstander van de verbinding. Mijn uitgangspunt: ‘if you can’t beat them, join them’. De minister gaf eind 2011 aan dat de verbinding er echt gaat komen. En dan kun je beter meepraten. 

Wat ik mooi vind aan dit project is het participatietraject met ons, de stakeholders en de omgeving. De uitkomsten daarvan, en wat ermee gedaan is, dat vind ik ook erg mooi.  De verbinding wordt op onze oever goed ingepast in het landschap. De wens vanuit de gemeente en de omgeving om het landschap zo open mogelijk te houden en zo min mogelijk de weg te ervaren, is geïntegreerd in het ontwerp van de weg. Bijvoorbeeld de verdiepte toerit bij de Maasdeltatunnel, de landtunnel, de dive-unders bij het nieuwe knooppunt Vlaardingen en de rietkragen langs open stukken. Hierdoor is de weg nauwelijks zichtbaar.”

Wat betekent afzinken van de tunnelelementen voor jou?
“Het is voor mij een mijlpaalmoment om de samenwerking tussen de gebieden Voorne-Putten en de Waterweggemeenten te intensiveren. Door de tunnel liggen de gebieden dichter bij elkaar. Dit biedt enorm veel kansen. Bijvoorbeeld voor het bedrijfsleven, het onderwijs en de werkgelegenheid. Er zijn al samenwerkingsverbanden, maar het wordt nu tijd om er echt werk van te maken. We moeten er nog meer ‘handen en voeten’ aan geven.”  

Hoe verloopt de samenwerking met Rijkswaterstaat en BAAK?
“Iedereen werkt samen vanuit zijn of haar eigen positie en verantwoordelijkheid. Wanneer ik aangeef dat een onderwerp gevoelig ligt, bijvoorbeeld intern, of bij bewoners of bedrijven, dan pakt het projectteam dit direct op. Ook nemen zij mij mee in alle onderwerpen. Of het nu gaat over technische uitdagingen wat betreft de Maasdeltatunnel of de knelpunten in de uitvoering. Bij alles worden we als gemeente betrokken. Hierdoor kan ik mijn eigen organisatie informeren en meenemen. We zijn transparant, ook bij ingewikkelde onderwerpen.” 

Waar ben je trots op?
“Het feit dat ik meer dan tien jaar op een project zit, van ontwerpfase tot de realisatiefase is bijzonder. Dat zegt iets over hoe we het met elkaar gedaan hebben; zoals het ontwerpproces van de Blankenburgverbinding en mijn rol hierin.”  

“Mijn uitgangspunt is: ‘stick to the plan, stick to the people’. Ik weet waar we vandaan komen en waar we naartoe willen. Dat werkt positief. Een ander mooi resultaat is het kwaliteitsprogramma Nieuw Waterland. Dit kwaliteitsprogramma is een compact programma van maatregelen op het gebied van natuur, recreatie en waterkwaliteit, dat de partijen die werkzaam zijn in het gebied samen hebben opgesteld. Het programma is nu in uitvoering.”

Wat zou je anders gedaan hebben?
“Namens de gemeente voerde ik op ambtelijk niveau de onderhandelingen over de overeenkomsten met Rijkswaterstaat. Hierin werden belangrijke afspraken vastgelegd. Ik werkte met een compacte projectstructuur binnen de gemeente. Zo kon ik snel schakelen als partij, maar dat maakt het ook spannend qua verantwoordelijkheid. Schrok dan ’s nachts wakker met ‘oh nee, dit moet ook in de overeenkomst’. Ik stond soms stijf van de adrenaline en stress. Dat doet ook persoonlijk wat met je. 

In die verantwoordelijkheid voelde ik mij soms alleen. Dat zou ik nu anders aangepakt hebben. De gemeente werkt nu meer opgavegericht en meer gezamenlijk (integraal) aan een opgave. Toch kijk ik met een goed gevoel terug op deze fase, omdat we altijd open en transparant met elkaar in gesprek zijn geweest. Geen strijd, maar dialoog. Ook al zijn we het niet altijd met elkaar eens.”